Voorbarige wijziging decreet Jeugddelinquentierecht zet kinderrechten onder druk

Advies

Op 19 maart wordt het ontwerp van wijzigingsdecreet Jeugddelinquentierecht besproken in de gemeenschappelijke commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie  en de Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding.

Sinds 2019 heeft Vlaanderen een eigen decreet Jeugddelinquentierecht. Dat kwam tot stand na een grondige en participatieve voorbereiding met alle relevante actoren. Vlaanderen toonde zich erg ambitieus om zich ‘internationaal als goede praktijk in de aanpak van jeugddelinquentie te profileren', en het jeugddelinquentierecht zou ook evidence-based zijn. 

In het decreet Jeugddelinquentierecht van 2019 zitten deze belangrijke principes: 

  • De eigen verantwoordelijkheid van de jongere is het vertrekpunt. 
  • De rechts- en proceswaarborgen, geïnspireerd op Europese Richtlijn 2016/80 worden versterkt.
  • Het decreet legt de verbinding met de gerechtelijke jeugdhulpverlening door de zogenaamde ‘derde vorderingsgrond’ waardoor het parket de jeugdrechter rechtstreeks kan vatten om een hulpverleningsmaatregel te nemen.
  • Reacties op een jeugddelict zijn duidelijk, snel, constructief en herstelgericht.
  • Gesloten opvang, de meest ingrijpende reactie op een jeugddelict, kan alleen als uiterste maatregel. 

Artikel 88 van het jeugddelinquentiedecreet verplicht binnen drie jaar na de inwerkingtreding een evaluatie van het decreet. Dat onderzoek is nog volop bezig. De eerste resultaten worden verwacht in de loop van 2024.

Het Kinderrechtencommissariaat is bezorgd

Er is op dit moment geen indicatie dat het huidige decreet Jeugddelinquentierecht niet voldoet als antwoord op gepleegde jeugddelicten. De gesloten plaatsing is amper in werking getreden en van de gesloten oriëntatie van minderjarigen is nog niet aangetoond wat ze bijbrengt in de aanpak van jeugddelinquentie.

Er is geen evidentie dat het aantal jeugddelicten significant stijgt, dat ze zwaarder worden, en dat de reactie erop dus dringend decretaal bijgesteld moet worden. In tegenstelling tot de jeugdhulp, waar niet alleen het aantal verontrustende situaties fors stijgt, en ook de ernst van de verontrusting toeneemt. Kinderen voor wie nergens plaats is, staan maanden tot jaren op wachtlijsten voor gepaste hulp. Kinderen en jongeren die de nodige hulp moeten missen, lopen meer risico een jeugddelict te plegen.

Nergens is wetenschappelijk aangetoond dat jongeren niet hard genoeg, niet lang genoeg of niet zwaar genoeg gestraft worden. 
En toch voorziet het ontwerp van decreet in bijkomende en strengere bestraffing van minderjarigen en komen de fundamentele principes waarop het Jeugddelinquentiedecreet zorgvuldig gestoeld was zwaar onder druk.  

Voor het Kinderrechtencommissariaat is het duidelijk. Het is niet opportuun om nu al de voorstellen van wijzigingen van het decreet zoals ze voorliggen goed te keuren. Het Kinderrechtencommissariaat vraagt om de resultaten van de lopende evaluatieonderzoeken af te wachten, vóór ingrijpende wijzigingen door te voeren.

Dé grote uitdaging van vandaag is volgens het Kinderrechtencommissariaat niet om kinderen en jongeren langer en strenger te bestraffen. Wél om een oplossing te vinden voor het feit dat te veel kinderen en jongeren vandaag in het huidige systeem door de mazen van het net glippen door tekort aan hulp en ondersteuning.  

Er is vandaag geen oplossing voor zwakbegaafde kinderen die feiten plegen of kampen met ernstige psychiatrische problemen. Uithandengeving wordt soms gebruikt om jongeren te interneren, maar de facto is er voor die kleine groep jongeren geen enkele vorm van passende hulp. Idem voor de toename van het middelengebruik door jongeren. Residentiële drughulpverlening is er amper, en ook in de ambulante drughulpverlening zijn er vaak lange wachtlijsten. Het aanbod versterken, realiseren en evalueren is volgens het Kinderrechtencommissariaat veel dringender dan bijvoorbeeld de leeftijdsgrenzen opheffen bij een jeugddelict. 

De andere grote uitdaging voor Vlaanderen gaat over de invulling van de sanctie en de begeleiding van jongeren. Langer en strenger bestraffen zal op zich nooit een afdoend antwoord zijn op jeugddelinquentie. Want niet de duur van de straf, maar wel de invulling ervan bepaalt of de sanctie bijdraagt aan de re-integratie van de minderjarige in de maatschappij. 

Zinvol gebruik maken van begeleidingstijd betekent werken aan herintegratie en de participatie-, protectie-, en provisierechten van minderjarigen respecteren. Toegang tot onderwijs moet daarin een cruciale rol spelen. Bij re-integratie en positieve ontwikkeling van jongeren is een positief toekomstperspectief van groot belang. Ook gepaste psychische en psychiatrische begeleiding van die jongeren in volle ontwikkeling is cruciaal. 

Het Kinderrechtencommissariaat vraagt: 

  • Zorg dat elke mogelijke wijziging van het jeugddelinquentiedecreet evidence-based is.
  • Haal ketenaanpak uit het maatregelenpakket van de jeugdrechter: het is geen sanctie, maar kadert in vrijwillige hulpverlening. 
  • Zorg dat de minderjarige altijd weet welke informatie over hem gedeeld wordt, en vraag daarvoor zijn toestemming. 
  • Beperk de opheffing van de leeftijdsgrenzen tot de berisping en de loutere schuldigverklaring. 
  • Schrap de maatregel van het kortverblijf. Dat is een manifeste schending van artikel 37 van het VN-kinderrechtenverdrag. Niet de maatregel op zich, maar wel de rugzakfinanciering voor ambulante hulpverlening maakt de maatregel populair. De opsluiting is dan een noodzakelijk kwaad.
  • Wacht om de elektronische monitoring uit te breiden. Laat die maatregel eerst wetenschappelijk onderzoeken om te zien of die uitbreiding wel wenselijk is. 
  • Kies niet voor uitbreiding van de terbeschikkingstelling. Dat dat nodig is, is nergens aangetoond. 
  • Behandel minderjarigen die feiten plegen en 18 jaar worden niet plots als volwassenen. Het moment van de feiten, met name de minderjarigheid is bepalend voor hoe ze gesanctioneerd én begeleid worden, altijd met het oog op hun rehabilitatie en hun re-integratie. Continuïteit in de begeleiding is voor die jongeren heel belangrijk.

Bezorgd

We bezorgden dit advies op 15 maart 2024 aan alle Vlaamse volksvertegenwoordigers van het Vlaams Parlement en de bevoegde ministers.

Contactpersoon

Recente adviezen

Advies
-

Jaarverslag 'Kinderen tonen de weg'

Vorig jaar kreeg het Kinderrechtencommissariaat 1.289 meldingen en klachten. Het Kinderrechtencommissariaat is een echokamer van de problemen waar kinderen en jongeren op botsen. De signalen komen van professionals en familieleden. De meeste meldingen gaan over onder…
Lees meer Lees meer
Advies
-

Beschermen van kinderen gaat boven straffen van ouders

Kinderen moeten in sommige situaties absoluut beschermd worden tegen beslissingen die ouders nemen, of net niet nemen. Toch zijn we tegen het wetsvoorstel dat de automatische tijdelijke schorsing van het ouderlijk gezag oplegt aan een ouder die verdacht wordt van de …
Lees meer Lees meer
Advies
-

Hervorming van het aansprakelijkheidsrecht

De hervorming die voorligt via het wetsvoorstel van maart 2023 over buitencontractuele aansprakelijkheid is in strijd met het Kinderrechtenverdrag. Het introduceert ingrijpende wijzigingen voor minderjarigen en hun ouders. Elke minderjarige zal vanaf de leeftijd van …
Lees meer Lees meer

Hoe komen onze adviezen tot stand?

Soms wijzen signalen over kinderrechtenschendingen op een structureel probleem. De wetgeving ontbreekt of ze is onduidelijk, inconsequent of in strijd met het kinderrechtenverdrag. Wij onderzoeken knelpunten, luisteren naar de stem van kinderen, jongeren, ouders en professionals en formuleren aanbevelingen in beleidsadviezen.